Het argument ging om het feit dat de echtgenoot van de orthodontist (die ook werkzaam is als orthodontist en samen met de orthodontist de praktijk voert) het behandelplan van klaagster zonder toestemming had aangepast. Nadat daarover discussie ontstond tussen de echtgenoot van de orthodontist en de partner van klaagster, zijn klaagster en haar partner door de orthodontist verzocht om de praktijk te verlaten, is de behandelingsovereenkomst opgezegd door de echtgenoot van de orthodontist en heeft de echtgenoot van de orthodontist de tandarts van klaagster geïnformeerd over het stoppen van de behandeling en de reden daarvoor. Volgens het regionaal tuchtcollege is de klacht over het eenzijdig beëindigen van de behandelovereenkomst terecht. Het college kan niet vaststellen dat er sprake was een ernstig geval dat een onmiddellijke beëindiging rechtvaardigt. Wel staat vast dat er sprake was van verbale agressie. In zo’n geval kan de behandelingsovereenkomst worden beëindigd, maar dan moet in ieder geval wel aan concrete zorgvuldigheidseisen worden voldaan. Het college is van oordeel dat de orthodontist deze waarborgen niet in acht heeft genomen. Deze kreeg daarom een waarschuwing aan zijn broek. Lees hier de volledige uitspraak.