Waar hebben patiënten behoefte aan, los van een begrijpelijke en niet te lange uitleg? In dit artikel worden een aantal zaken besproken die patiënten waarderen en waarop de behandelaar kan letten. Empathie is aanvoelen of de specifieke patiënt die je behandelt, deze dingen inderdaad prettig vindt. Veel empathie is er niet vereist om je te realiseren dat patiënten het onprettig vinden als hen iets gevraagd wordt terwijl zij letterlijk niet kunnen antwoorden. Moeilijker is het om daar ook daadwerkelijk rekening mee te houden.
Patiënten zeggen:
-
Sommige behandelaars vragen je dingen terwijl je met de mond open ligt. Dat is natuurlijk niet handig. Je wilt dan graag antwoorden, maar dat gaat dan dus niet. [PATIËNT]
-
Soms praten ze ook tegen je als ze bezig zijn in de mond. Dat vind ik irritant want je kan nauwelijks reageren. [PATIËNT]
-
Misschien is het handig om tijdens het behandelen geen vragen te stellen, want het is niet zo handig om antwoord te geven als je aan het behandelen bent met instrumenten in mijn mond. [PATIËNT]
-
Te veel vragen stellen terwijl je met allerlei gereedschapsdingen in mijn mond zit en ik niet normaal kan antwoorden is niet prettig. [PATIËNT]
-
Ik was soms niet in staat om wat terug te zeggen omdat je het instrumentarium nog in mijn mond had zitten. Later ging het al een stuk beter en kon ik ook gewoon wat terugzeggen. Erg fijn vond ik dat. [PATIËNT]
Veel patiënten vinden pauzes prettig:
-
Er was tussendoor ook even tijd voor een pauze, zodat ik even geheel kon ontspannen en mijn mond kon sluiten. [PATIËNT]
-
Een pauze tijdens de behandeling vind ik ook altijd wel fijn, omdat je dan even de kaken kan ontspannen. [PATIËNT]
-
Ik vond dat je zonder overbezorgd te zijn, voldoende vaak vroeg of ik even een slokje water wilde. [PATIËNT]
-
Ik vond het ook fijn dat je vertelde om mijn hand op te steken als ik pauze nodig had of pijn had. Je vroeg ook vaak of het goed ging en of ik water wilde drinken. Dat vond ik erg aardig. [PATIËNT]
-
Het is vervelend als ze je niet de tijd geven om te slikken tijdens een behandeling. [PATIËNT]
-
Ik begrijp dat het wel eens vergeten wordt om de patiënt rechtop te zetten. Aangezien je lang moet liggen is het fijn af en toe rechtop te kunnen zitten. [PATIËNT]
Gebruik geen vaktaal:
-
Tijdens de behandeling zat de student met tandheelkundige termen te praten tegen haar assistent. Ik had geen flauw idee waar het over ging en voelde me toen lichtelijk ongemakkelijk omdat ik niet wist of het nu goed of slecht met me ging. [PATIËNT]
-
Het is voor mij moeilijker om die lastige termen te begrijpen. Dus ik vond het minder prettig als er vaktaal gebruikt werd. [PATIËNT]
-
Zoals ik al aan jou had aangegeven vond ik het opvallend dat je me echt bij de behandeling betrok. Soms gebruikte je nog wel moeilijke woorden waar ik nog nooit van had gehoord zoals scaler en curette – die woorden zijn voor mij niet zo van belang. [PATIËNT]
-
Ik vond dat je soms nog wel moeilijke woorden gebruikte, waarna je deze aan mij uitlegde. Misschien kun je deze moeilijke woorden voortaan gewoon niet gebruiken? Dat scheelt jou uitlegtijd en mij nadenkwerk over jouw uitleg van die woorden. [PATIËNT]
Rekening houden met lichamelijke klachten ‘los van de mond’, kan de behandeling voor een patiënt veel aangenamer maken. Een parodontoloog geeft een voorbeeld:
-
Ook denken we in onze praktijk aan de kleine dingen die een patiënt extra comfort bieden, waardoor hij meer vertrouwen krijgt. Wij hebben bijvoorbeeld patiënten met nekklachten. Dit staat genoteerd in het journaal. Als deze patiënten komen ligt het nekkussentje al voor hen klaar. Zo merkt de patiënt dat we rekening met hem houden. Het klinkt heel cliché, maar het zijn wel de kleine dingen die het hem doen. [M.TA.PARO. Paro.pr. > 10j.]
Beschouw patiënten die aangeven dat ze hun best hebben gedaan voor hun mondzorg, terwijl dat duidelijk onjuist is, niet meteen als leugenaars. Probeer hen te zien als mensen die – zoals de meeste mensen – een (door jou) gewenst antwoord proberen te geven. Een mondhygiënist stelt:
-
In het begin vond ik het vervelend als patiënten tegen mij ‘logen’ over de aandacht die zij hadden besteed aan hun mondzorg, maar tegenwoordig kan ik daar goed mee omgaan. Ik laat deze patiënten zien dat het bijna onmogelijk is dat ze bijvoorbeeld netjes tweemaal daags gepoetst hebben. Ik zeg dan: ‘Aan het tandvlees te zien blijft er toch nog regelmatig plaque zitten. Het is rood en gezwollen en het bloed snel. Wanneer het tweemaal daags goed word gereinigd, hoort het er niet zo uit te zien. Ik zie dat u het nu goed gedaan hebt, dus de manier van poetsen, dáár ligt het niet aan. Kunt u de motivatie nog opbrengen om tweemaal daags te poetsen en één keer per dag de rager te gebruiken?’ Vaak komen deze patiënten er dan alsnog eerlijk voor uit dat ze te weinig hebben gedaan. Probeer in te zien dat ‘liegen’ eerder de neiging van mensen is om snel een sociaal gewenst antwoord te geven en probeer daar als mondhygiënist begrip voor te hebben. [V.MH. Paro.pr. 5j.]
Stel geen te hoge eisen aan de patiënt. Probeer er begrip voor te hebben dat patiënten niet altijd doen wat ze zeggen dat ze gaan doen. Respecteer ook het gedrag waar de patiënt qua mondzorg voor kiest:
-
Als behandelaar moet je geen te hoge eisen stellen aan een patiënt. In plaats daarvan moet je samen met de patiënt kijken naar de beschikbare mogelijkheden. Probeer de patiënt, ondanks zijn of haar gedrag, te respecteren, want zonder wederzijds respect kun je als behandelaar geen succes met de patiënten bereiken. [V.MH. Alg.pr. > 30j.]
Uit: Mondzorg en beroepshouding (boek), hoofdstuk 13 Verstandigheid: de patiënt centraal door empathie
Beeld: © CandyBox Images / stock.adobe.com