De realiteit is echter dat een deel van de patiënten afwijkend, onaangepast of ‘abnormaal’ gedrag vertoont en voldoet aan de criteria van een psychische of psychopathologische stoornis. Soms heeft dit een negatieve invloed op de coöperatie van de patiënt. In de praktijk spreekt men dan vaak over lastige of moeilijk behandelbare patiënten.
Het zogeheten lifetime prevalentiecijfer van psychische aandoeningen ligt in Nederland op 40%: dus vier op de tien mensen maken in hun leven een psychische aandoening door (Bijl et al., 1997). Bij een deel van deze mensen is deze aandoening van tijdelijke aard. Uit epidemiologisch onderzoek komt naar voren dat de puntprevalentie ( point prevalence) van het hebben van een psychisch ziektebeeld lijkt op dat van een griep: op een bepaald moment heeft een kwart van de Nederlanders er last van. Tabel 5.1 geeft een overzicht van de meest frequent voorkomende psychische stoornissen op basis van landelijk epidemiologisch onderzoek.
StoornisL
|
Lifetime prevalentie (%)
|
Voorgaande 12 maanden (%)
|
---|---|---|
angststoornissen
|
19,3
|
12,4
|
– enkelvoudige fobie
|
10,1
|
7,1
|
stemmingsstoornissen
|
19,0
|
7,6
|
– depressie
|
15,4
|
5,8
|
verslavingen
|
18,7
|
8,9
|
– middelenmisbruik
|
12,4
|
4,9
|
eetstoornissen
|
0,7
|
–
|
– boulimia
|
0,6
|
0,4
|
ten minste één diagnose
|
41,2
|
23,5
|
Omdat ook mensen met psychische klachten behoefte hebben aan tandheelkundige zorg, krijgen we als tandarts met deze patiëntencategorie te maken. Dan is het belangrijk dat het tandheelkundig team deze patiënt herkent, zodat het behandelplan kan worden aangepast aan de patiënt of dat andere, passende maatregelen kunnen worden genomen, zoals verwijzing.
Soorten psychische aandoeningen
Er worden grofweg twee typen psychische stoornissen onderscheiden (American Psychiatric Association, 2000; De Jongh, 2004).
Een stoornis in strikte zin ; dat wil zeggen, een kwaal die men kan krijgen en waarvan men doorgaans weer kan genezen. Voorbeelden van deze categorie zijn angststoornissen (met name fobieën), stemmingsstoornissen (bijvoorbeeld depressie) en alcoholverslaving. Deze worden ook wel As-I-stoornissen genoemd.
Een As-II-stoornis of persoonlijkheidsstoornis kan worden gedefinieerd als een psychische aandoening met een duurzaam en vrijwel onveranderlijk patroon van innerlijk beleven en gedragsmatig functioneren, dat al in de puberteit of in de vroege volwassenheid is ontstaan. Men spreekt dus pas van een persoonlijkheidsstoornis wanneer iemands persoonlijkheidseigenschappen uitgesproken inflexibel en onaangepast zijn. In tabel 5.2 is een overzicht opgenomen van de verschillende stoornissen en de belangrijkste kenmerken.
Tabel. Diverse persoonlijkheidsstoornissen met hun belangrijkste kenmerken.
Persoonlijkheidsstoornis
|
Belangrijkste kenmerken
|
---|---|
paranoïde
|
– wantrouwen
– achterdocht
|
schizoïde
|
– afstandelijkheid
– beperkte emotionele expressie
|
schizotypische
|
– sociale en intermenselijke beperkingen
– cognitieve en perceptuele vervormingen
– eigenaardigheden
|
antisociale
|
gebrek aan achting voor en schending van rechten van anderen
|
borderline
|
instabiliteit in intermenselijke relaties
|
theatrale
|
buitensporige emotionaliteit en aandacht vragen
|
narcistische
|
– grootheidsgevoelens
– behoefte aan bewondering
– gebrek aan empathie
|
ontwijkende
|
– geremdheid in gezelschap
– gevoel van tekortschieten
– overgevoeligheid voor een negatief oordeel
|
afhankelijke
|
– onderworpen gedrag
– angst in de steek gelaten te worden
|
obsessieve-compulsieve
|
preoccupatie met ordelijkheid, perfectionisme en beheersing van psychische en intermenselijke processen
|
Lees het hele hoofdstuk De moeilijk behandelbare patiënt in de tandartspraktijk, Het tandheelkundig jaar. Nu tijdelijk Open Access in BSL Tandarts Totaal.
Bron: De moeilijk behandelbare patiënt in de tandartspraktijk, uit: Het tandheelkundig jaar 2013, Open Access in BSL Tandarts Totaal.
Beeld: © sefa ozel / Getty Images / iStock