Er wordt dan een restauratie geplaatst. Het merendeel van het werk in de tandartsenpraktijk bestaat echter uit het vervangen of repareren van al bestaande restauraties. Secundaire cariës is een van de meest gerapporteerde redenen van het falen of vervangen van restauraties (Bernardo et al. 2007; Mjör 2005; Opdam et al. 2007).
Sommige onderzoekers zijn ervan overtuigd dat het secundaire cariësproces in de essentie hetzelfde is als dat van primaire cariës, alleen nu gelokaliseerd op de randen van bestaande restauraties (Kidd en Fejerskov 2004). Als de kwaliteit van het marginale gebied van een restauratie met de tijd achteruitgaat, kan dit resulteren in randbreuk of randspleten. Vervolgens kan zich daar een biofilm vormen langs het element-restauratie grensvlak en kan zich secundaire cariës ontwikkelen in de randspleet. Als secundaire cariës primair wordt beschouwd als het resultaat van marginaal falen van restauraties, kan het verklaren waarom vaak werd aangeraden restauraties met defecte randen te vervangen, zelfs wanneer er nog geen cariës was opgetreden.
Figuur 1 Secundaire cariëslaesies bestaan uit twee regio’s: de oppervlaktelaesie en de wandlaesie.
In het in-vitro-onderzoek van Hals en Nernaes ( 1971) wordt beschreven dat secundaire cariëslaesies uit twee regio’s bestaan: de oppervlaktelaesie en de wandlaesie, zie fig. 1. De oppervlaktelaesie ontwikkelt zich parallel aan het buitenste oppervlak van het element en is histologisch gezien gelijk aan een primaire cariëslaesie. De wandlaesie ontwikkelt zich op het grensvlak van restauratie en element en ontwikkelt zich loodrecht op dit grensvlak.
Hoewel de etiologie van secundaire cariës fundamenteel niet wezenlijk verschilt van primaire cariës, zijn er vele factoren die secundaire cariës speciaal en waarschijnlijk ook anders maken dan primaire cariës.
Lees ook de artikelen Belasting van restauraties en Randspleten >>
Bron en beeld: Het tandheelkundig jaar 2017